In zijn IB-aangifte 2016 heeft de man de door hem in dat jaar betaalde advocaatkosten in aftrek gebracht op grond van artikel 3.108 Wet IB 2001. De belastinginspecteur is het daar niet mee eens. Volgens hem zijn kosten van een mislukte poging tot verkrijging van partneralimentatie niet aftrekbaar. De man is in een echtscheidingsprocedure verwikkeld geweest met zijn (ex)vrouw en heeft onder meer langdurig gestreden over de vaststelling van partneralimentatie ten laste van de vrouw. Dat was in 2016. In 2016 betaalt de man € 26.000,00 aan advocaatkosten. In 2018 komen man en (ex)vrouw overeen over en weer geen partneralimentatie verschuldigd te zijn. De rechtbank is van oordeel dat kosten die zijn gemaakt om partneralimentatie
te verwerven aftrekbaar zijn, ook als die poging mislukt, mits – toen de
kosten werden gemaakt – redelijkerwijs viel te verwachten dat die alimentatie
zou worden toegekend. In HR 21 oktober 1959 (BNB 1959/372) is weliswaar
beslist dat de - in verband met een mislukte poging tot verhoging van te
ontvangen alimentatie - gemaakte proceskosten niet aftrekbaar zijn, maar de
Hoge Raad oordeelde later op 30 mei 1962 (BNB 1962/191) dat de proceskosten van een
mislukte poging tot verwerving van loon wél aftrekbaar zijn. Volgens de
rechtbank zou het in strijd met het systeem van de inkomstenbelasting zijn om
de aftrekbaarheid van in een bepaald jaar betaalde kosten te laten afhangen
van de afloop van een nog lopende procedure, wellicht vele jaren later. |