Ook in het kader van de echtscheiding kan er sprake zijn van een schenking en kan de fiscus een aanslag opleggen wanneer één van de echtgenoten meer krijgt toebedeeld als waarop hij/zij juridisch gezien op grond van het huwelijksvermogensrecht recht zou hebben. Bij de verdeling van de gemeenschap heeft ieder recht op de helft van het saldo van de gemeenschap. Als er sprake is van vrijgevigheid en een waardevol boedelbestanddeel wordt toebedeeld aan één partij zonder dat de waarde verrekend wordt met de ander, dan is er sprake van een belastbare schenking. Een schenking wordt in principe belast met 30% schenkbelasting, voorzover deze dealgemene schenkingsvrijstelling van € 2.208,- te boven gaat. Bij echtscheiding kan het tarief van 30% worden verlaagd naar 10%. De schenkingsvrijstelling van € 2.208,- kan in sommige gevallen verhoogd worden tot € 103.643,-. Belangrijkste voorwaarde daarbij is dat de schenking gebruikt wordt ten behoeve van een eigen woning.
Op de website van de Belastingdienst staan alle voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de verhoogde vrijstelling. De belangrijkste voorwaarden:
- de ontvanger van de schenking is jonger dan 40;
- de schenking wordt gebruikt ten behoeve van een eigen woning;
- de schenking wordt uiterlijk in 2022 gebruikt;
- u doet aangifte van de schenking en vraagt vrijstelling aan.
Wanneer één van partijen graag de woning wil overnemen maar de ander niet kan uitkopen, kan een beroep worden gedaan op deze regeling. De woning kan in de loop van de tijd meer waard zijn geworden. Ieder maakt aanspraak op de helft van de overwaarde als de woning gemeenschappelijk eigendom is. Bij uitkoop (overname van het onverdeelde aandeel van de ander) zal de helft van de overwaarde gefinancierd moeten worden met een (hypothecaire)lening. Dat lukt niet altijd. Wanneer partijen toch willen dat één van partijen in de woning kan blijven wonen, bijvoorbeeld vanwege de kinderen, dan kan ervoor worden gekozen om vast te leggen in het convenant dat geen aanspraak wordt gemaakt op het aandeel dat rechtens aan de ander toekomt. Formeel is dat dus een schenking, maar een waarbij gebruik kan worden gemaakt van de vrijstelling als ook voor het overige wordt voldaan aan de hiervoor genoemde voorwaarden.
Ook als er geen sprake is van overwaarde maar de hypothecaire geldlening is zoals gebruikelijk afgesloten op twee namen (twee inkomens) lukt het niet altijd om de volledige hypotheek over te nemen, zodat de ander wordt ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid terzake de hypothecaire geldlening. Overdracht van het aandeel in de woning zonder ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid wordt ten zeerste afgeraden. De woning onverdeeld laten is gelet op de niet altijd te voorspellen waardeontwikkeling op de huizenmarkt ook geen aanrader. Of er nu wel of geen sprake is van overwaarde, in
elk
geval zal men moeten nagaan of de bank ook meewerkt aan het ontslag uit de hoofdelijke aansprakelijkheid met betrekking tot de hypotheek die op de woning rust.