In principe telt elk redelijkerwijs te verdienen inkomen mee in de draagkrachtberekening die de basis vormt voor een alimentatieberekening. Dus ook fooi, inkomsten uit een handeltje op marktplaats, overwerkvergoeding, dividend, huurinkomsten, rente op vermogen etcetera.
Een enkele loonspecificatie is niet altijd genoeg om het inkomen vast te stellen. Het inkomen kan fluctueren, bijvoorbeeld met de seizoenen. In sommige branches is overwerk beperkt tot de zomermaanden. De extra vergoedingen kunnen structureel zijn maar ook incidenteel. Het gaat erom vast te stellen wat het inkomen naar schatting in de nabije toekomst zal zijn en om die schatting te maken wordt geput uit gegevens uit het verleden.
In de jaaropgave zit het inkomen dat over het gehele jaar is genoten, maar soms is het nodig daar weer bedragen uit te filteren. Een tegoed aan vakantiedagen dat is uitbetaald bijvoorbeeld. Vakantiedagen zijn bedoeld om van te genieten maar wanneer het tegoed door de jaren heen te hoog is opgelopen kan ervoor worden gekozen om een gedeelte in één keer uit te betalen. Hetzelfde geld voor de tijd-voor-tijd-regeling. Als dit eenmalig gebeurd, hoort het niet structureel tot het inkomen en kan het ook niet maatgevend zijn voor de toekomst. Alimentatie wordt voor de toekomt vastgesteld, dus hoort een dergelijke eenmalige uitkering uit de jaaropgave te worden gehaald. Het vakantiegeld zit ook in de jaaropgave en wordt standaard wel meegenomen in de alimentatieberekening, omdat het een vast percentage is van het inkomen dat jaarlijks wordt uitbetaald. De eindejaarsuitkering en 13e maand zijn vaak ook een vast onderdeel van het overeengekomen salaris.
Een bonus kan een vast onderdeel zijn, maar als deze afhankelijk is van de prestaties zal worden uitgegaan van een gemiddelde tenzij er reden is om aan te nemen dat de bonus tot het verleden behoort. Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn als de hele branche slecht scoort. Voor bijna elke sector bestaat wel een branchevereniging en via de website van de branchevereniging kan dit soort informatie worden gevonden.
Inkomsten die worden genoten bovenop het basisloon, zoals onregelmatigheidstoeslag, gevarentoeslag etcetera zijn vaak niet incidenteel maar structureel en tellen mee bij het vaststellen van het inkomen. Onkostenvergoedingen, zoals een reiskostenvergoeding, tellen niet mee bij de vaststelling van het inkomen voor zover daar werkelijke kosten tegenover staan. Als een vergoeding belast is, is dat meestal een teken dat er geen werkelijke onkosten tegenover staan.
De auto van de zaak zit ook in de jaaropgave verwerkt omdat daarover belasting betaald moet worden. In de draagkrachtberekening wordt geen rekening gehouden met de belasting die je betaalt voor de auto van de zaak. De gedachte daarachter is dat daartegenover staat dat je kosten bespaart doordat je zelf geen auto hoeft aan te schaffen.
Inkomsten uit verhuur horen ook tot het inkomen. Kosten worden dan wel van de inkomsten uit verhuur afgetrokken. Tevens wordt rekening gehouden met rendement op vermogen. Met de huidige lage rentestand is het echter wel zaak om na te gaan of het vermogen in werkelijkheid rendeert.